1. Hoe werkt een driefasenmotor?
Draaistroommotoren werken met draaistroom of "draaistroom".
Dit type stroom voert een afzonderlijke periodiek veranderende spanning in elk van drie afzonderlijke geleiders, waarvan de timing 120° verschoven is ten opzichte van de andere twee geleiderspanningen. Als drie elektromagneetspoelen elk worden gevoed met één fase van het driefasenstroomsysteem, wordt in elke spoel een magnetisch veld opgewekt waarvan de timing, net als de spanningscurve, een derde van een periode verschoven is ten opzichte van de andere spoelvelden. Als deze drie spoelen ten opzichte van elkaar in een cirkel zijn gerangschikt, resulteren de afzonderlijke magnetische velden van de spoelen in een gesommeerd magnetisch veld dat van constante grootte is, maar waarvan de richting voortdurend verandert in overeenstemming met de frequentie of periodieke herhaling van de driefasenstroom. Dit gesommeerde magnetische veld "roteert" met de exacte snelheid die door de frequentie wordt gespecificeerd. Met 50 periodeveranderingen per seconde van de driefasenstroom (of 50 Hz) draait het magnetische veld ook 50 keer per seconde om zichzelf heen (wat overeenkomt met 3000 keer per minuut). Als een magnetisch voorwerp, bijvoorbeeld een staafmagneet of een eenvoudig ijzeren lichaam, op een centrale as in dit roterende magnetische veld wordt geplaatst, wordt de rotor ook gedraaid.